Over de sluier
In de blog over Het Boek van Liefde van Al Ghazali stond beschreven hoe een soefi doelbewust zijn reputatie van weldoener teniet deed. Al Ghazali legde uit waarom dit nuttig zou zijn voor iemand die de Goddelijke Aanwezigheid (Divine Presence) zoekt. God is alomtegenwoordig en toch voelt ons hart zich vaak eenzaam. Waarom? Al Ghazali zegt het ons:
“Tussen het hart en God is er geen afstand van vervreemding noch enig obstakel dat in de weg staat. Dat het hart afstand voelt, komt alleen doordat het verdiept is in andere dingen dan Hem of bezig is met zichzelf. In feite is de grootste hindernis van allemaal dat je opgaat in je eigen dingen.”
Meerdere keren heeft ook Hazrat Inayat Khan deze gedachte geuit. Sprekend over concentratie – en we mogen onszelf eraan herinneren dat voor een soefi het uiteindelijke doel van concentratie is om de mind te focussen op het Goddelijke Ideaal – zegt Inayat Khan:
“Wat concentratie het meeste hindert zijn gedachten aan jezelf. … Hoe meer de gedachten aan jezelf uit je bewustzijnverdwijnen, destemeer ben je in staat je te concentreren.”
Vergelijkbaar is wat Hazrat Inayat zegt in een passage over ‘sympathie’. Sympathie kan begrepen worden als de kwaliteit die de mate van leven aanduidt – een plant reageert sterker op omstandigheden dan een rots, en een mens zou dat nog meer moeten kunnen dan een plant:
“Het raadselachtige van sympathie is dat je jezelf moet vergeten om meelevend te kunnen zijn. Dat raadsel kan het pad van perfectie worden genoemd. Wie zichzelf niet kan vergeten, hoe goed, vroom of spiritueel die persoon ook is, diens leven zal altijd gebrekkig blijken te zijn. Alle ongeluk komt voort uit zelfbewustzijn.”
Vanzelfsprekend komt dan de vraag op hoe we ons ‘zelf’ kunnen vergeten. Hoe kunnen we de sluier van de illusie die ‘ik’ genoemd wordt wegtrekken? Noodzakelijk is daarvoor de zuiverende erkenning van de ultieme werkelijkheid die alle grenzen uitwist. Zoals Hazrat Inayat Khan het uitdrukt: “Maak God tot werkelijkheid, en God zal jou de Waarheid maken.” En voortbordurend op dat thema, kun je zeggen dat de ontwikkeling van concentratie een essentieel aspect is voor het levend maken van het Ideaal. Hazrat Inayat zegt:
“Concentratie dient om zelfbewustzijn te vermijden, en tegelijkertijd is zelfbewustzijn het enige dat vooruitgang in de weg staat. Als een soefi zich concentreert, gebruikt hij dat als middel om zich verre te houden van de constante oncontroleerbare drukte van de mind.”
Het mag misschien verrassend zijn dat ‘onthouding’ een middel is tegen het op en neer springen van ons apenbrein, maar wat is onthouding anders dan de controle hebben over onze impulsen? En wat stelt concentratie voor als het niet de kracht is om elke impuls om af te dwalen te weerstaan? Wanneer we het gelaat willen zien van ons geliefde ideaal – de ‘volmaaktheid van liefde, harmonie en schoonheid’, bijvoorbeeld – is het deze kracht die de sluier opzij trekt.
Vertaling Kariem Maas