O stilte
Er is een gezegde in Vadan, Alankaras, dat direct betrekking heeft op de situatie waarmee velen over de hele wereld op dit moment te maken hebben:
“Hoewel het altijd bewegende leven mijn natuur is,
zijt Gij mijn eigenlijke wezen, O stilte.”
We zijn van nature zeer actief, op elk vlak – fysiek, mentaal en emotioneel. Onze intense, dicht bebouwde stedelijke omgevingen zijn daar een beeld van; steden slapen nooit, hun elektrische zenuwen zenden de hele tijd prikkels uit. Bovendien is het de aard van een activiteit om te versnellen tot iets het tegenhoudt, zoals elke ouder zal weten door observatie van samenspelende kinderen. Als kinderen een bepaald niveau van intensiteit bereiken, wordt hun interactie chaotisch en is het vaak huilen geblazen. Dan zoekt de wijze ouder naar een manier om de kinderen wat stilte, wat rust bij te brengen, om zo de harmonie terug te vinden.
Door de huidige epidemie is een groot deel van de wereld gedwongen om de gebruikelijke activiteiten te laten vallen en thuis te blijven. Dat brengt ontberingen met zich mee (vooral voor gezinnen met kleine kinderen, en voor mensen met weinig inkomen), en erboven hangt een wolk van angst, niet alleen wat betreft de mogelijkheid om ziek te worden, maar ook wat betreft de onzekerheid hoe lang dit gaat duren, en wat het leven zal zijn ‘daarna’.
En toch is er ook de zegen van de stilte. Bij hun verlies van vrijheid hebben velen het openen, of heropenen, gevonden van een deur naar hun geestelijk leven. Het spirituele pad is niets anders dan een zoektocht om ons eigen wezen te leren kennen, maar activiteit verblindt ons voortdurend, zodat we onszelf niet kunnen zien – we zien alleen wat er voor ons ligt, en onze aandacht gaat uit naar wat we doen en voelen. Nu zijn we gedwongen om onszelf te beheersen, en velen vinden voeding in deze stilte. Vandaar dat voor spirituele groepen online bijeenkomsten nu erg populair zijn. En als we de stille straten van de stad observeren, vanaf een balkon wellicht, dan horen we de zegen van het vogelgezang dat eerder afwezig was. In de stilte vinden we de natuur, en we herontdekken ons eigen wezen.
Het is gemakkelijk om deze periode van onze geschiedenis te zien als een ‘time-out’ die van bovenaf wordt opgelegd aan de kinderen van de mensheid. Het is pijnlijk, zeker, want velen hebben dierbaren verloren, maar als we onszelf toestaan om te leren van de stilte, zullen we misschien verstandig genoeg zijn om een dergelijke ervaring in de toekomst te vermijden. Met andere woorden, deze moeilijke tijd biedt ons een kostbare kans; ieder moet er van maken wat hij of zij kan.
Vertaling Kariem Maas