De reis van je leven
Of het nu hun dagelijkse praktijk is of misschien bij een eredienst of healing-bijeenkomst, er zijn over de hele wereld zoekers die hun spirituele afstemming beginnen met de woorden van de Aanroep: “Tot de Ene…” Deze aanroep vertelt ons dat we op reis zijn, op weg van veelheid naar eenheid. Maar omdat we door de sensaties van de fysieke wereld zo door en door verzadigd zijn – doordrenkt als dronkaards tot het punt van dronkenschap – nemen we meestal zonder het te merken aan, dat het doel buiten onszelf moet liggen. In de gebruikelijke cultuur wordt de hemel ergens in de wolken geplaatst, met de goddelijke troon nog hoger, en natuurlijk de helse gebieden in een rokende vuurput ver onder onze voeten.
Het is echter een vergissing om te denken dat de geestelijke sferen beschreven en begrensd kunnen worden door de regels van de fysieke ruimte. Fysiek gezien zijn we een klein stipje in een enorme ruimte, maar de ruimte in ons is veel groter. Daarom moeten we, als we het over een spirituele reis hebben, vergeten ergens naartoe te gaan. Een wens om de Ene te kennen kan niet vervuld worden door een bezoek aan de berg Olympus of een andere fysieke locatie; we kunnen de Eenheid alleen kennen als we die in onszelf ontdekken. En evenzo zijn de sferen van het paradijs en van marteling geen externe locaties, maar een stand van zaken binnenin.
Dit betekent dat de sferen waar we doorheen gaan op onze reis naar ons levensdoel ook in ons eigen bewustzijn liggen. Trekken we door een droge woestijn bezaaid met stekelige cactussen? Wiens gedachten hebben die stekels dan gezaaid? Wiens houding heeft de wolken weggeduwd die de regen van mededogen brengen? Of lopen we wellicht angstig door een schaduwrijk bos, onzeker of de weg die voor ons ligt misschien wel naar bloeddorstige demonen leidt of naar het hol van een hongerige leeuw? Voor wiens honger zijn we dan bang?
De Aanroep vertelt ons dat er maar één Wezen is; daarom bevindt zich onze kleine golf van bewustzijn in dat Ene, en daarom ook is de Ene ooit afwezig van ons. Als dat zo is, dan zijn de hemel en de andere plaats ook ‘capaciteiten’ in ons. Wil je de profeten en boodschappers kennen? Je zult hun geesten in jezelf vinden, stralend in de spiegel van je eigen bewustzijn – voor zover je die hebt schoongemaakt en gepolijst.
De reiziger moet echter oppassen, want in het besef dat de hemel en de Bron van Alles in ons stralen, is er een verleiding tot trots. “Ik deel het bewustzijn van Boeddha, Jezus, de Profeet Mohammed en al de rest…!” Weet dat wanneer deze gedachte opkomt, je al drie stappen in de tegenovergestelde richting hebt gezet, in de richting van de schaduwen van kwelling en spijt. Gooi dan je trots weg en buig diep als je het paradijs binnengaat; in die buiging voltooi je de reis van je leven.
Vertaling Kariem Maas