Idool en ideaal
Soms wordt gevraagd: “Hoe kunnen we God begrijpelijk maken?”
Je kan een stoel begrijpelijk maken door hem aan te raken, ernaar te kijken en te zien hoe die gemaakt is. Je maakt een huis begrijpelijk door te zien hoe het is gemaakt. Je maakt een boom begrijpelijk door te kijken hoe die eruit ziet, zijn stam, vruchten, bladeren, zijn vorm en wat dat dan als uitkomst heeft.
Het woord ‘begrijpelijk’ betekent dat we met onze zintuigen een ding voelen, we kennen iets, we hebben er een begrip van; dat maakt het begrijpelijk. Iets begrijpelijk maken is er een concrete voorstelling van maken.
En nu is de vraag hoe we God begrijpelijk maken. Dat is werkelijk onmogelijk, God begrijpelijk maken! Maar tegelijk was het om God begrijpelijk te maken dat de Egyptenaren de sphinx maakten, en het was om God begrijpelijk te maken dat vuuraanbidders eer betoonden aan de zon. Het is om God begrijpelijk te maken dat mensen idolen aanbidden, en het is ook om God begrijpelijk te maken dat mensen hun goddelijk ideaal met hun devotie vereren, zoals de aanbidders van Jezus Christus.
Al deze manieren zijn menselijke pogingen om God begrijpelijk te maken in de vorm die hem of haar het beste schijnt. Die vorm moet gezien worden, verbeeld worden en gekend worden door de mens. En hij kent die vorm als een mens; hij noemt die vorm Christus of welke andere naam hij er ook aan geeft. Hij kroont Hem tot Koning, omdat hij denkt dat de koning de hoogste persoon is. Hij geeft Hem troon en kroon. Hij noemt Hem de Meester van de Dag des Oordeels, omdat hij weet dat er in deze wereld geen rechtvaardigheid bestaat en dus, denkt de mens, moet Hij de rechter zijn. Hij bedenkt wat er allemaal mooi is en omringt Hem met engelen, en geeft de engelen de vorm van een mens. Hij beeldt God af in de vorm van een mens. Er zijn allerlei pogingen gedaan om een vorm toe te delen aan één wezen. De Chinezen maakten er een draak van, met van alles eraan vast: een vis, een leeuw, een tijger, een mens, alles wat bestond, om één vorm begrijpelijk te maken die zou kunnen dienen als symbool om van alles te onderwijzen en allerlei associaties op te roepen. Elke poging is een mislukking, maar elke poging om God begrijpelijk te maken is de moeite waard.
We hebben nu twee stadia om God begrijpelijk te maken. Het ene was verering van idolen, het andere verering van idealen. Het ene was het primitieve stadium, een stadium waarin God zichtbaar werd gemaakt in een ongewone vorm, maar wel begrijpelijk. Een volgend stadium is dat men van God een ideaal maakt. In plaats van hem tot een God met vormen te maken, wordt Hij een God van eigenschappen, en wordt er gezegd dat alle schoonheid, goedheid, wijsheid en rechtvaardigheid Hem toebehoren. Alles wat we kunnen bedenken kennen we aan God toe en beschouwen we als perfect in God. Dat is de hoogste vorm van God begrijpelijk maken: om alles wat onze intelligentie, ons verstand, mooi, goed en waardevol vindt, om dat in volmaaktheid te zien in één Wezen, en dat Wezen tot ideaal te maken als het grootste en hoogste van alle wezens.
Dat is wat we noemen: God begrijpelijk maken. Maar tegelijk is dit de eerste stap op het spirituele pad. Op het religieuze pad is het de laatste stap; op het spirituele pad is het de eerste stap.
Vertaling Kariem Maas / Irene Lennings